Keuzestress, tegenvallers én meevallers.
Uit het nieuwe maartnummer koos ik twee toffe patronen: broek 18 en top 4. Broek 18 heeft gave details, zoals een elastieken tailleband met een koordje door een tunnel, ritsjes onderin de broekspijpen, zakken in de zijnaad én elastiek in de zoom van de broekspijpen. En, nee hoor, er is niets mis met je ogen, van die details zie je bij mij niet veel meer. Hoe dat komt, vertel ik zo meteen!
Top 4 is een eenvoudig, recht model, met een blinde rits middenachter en een split onderin de mouwen voor een sierlijk effect. En eh, ja… wat kan ik zeggen, ook dat split in de mouw besloot ik weg te laten. Hieronder beschrijf ik hoe zo’n proces van keuzes maken, weglaten, toevoegen, aanpassen en stylen bij mij – maar misschien ook wel bij jullie – verloopt.
Less is more!
In het maakproces zijn er altijd een paar dingen waarvan ik al van tevoren weet hoe ik het wil hebben; soms maak ik een patroon precies zoals de ontwerper het bedoeld had, soms weet ik al meteen dat ik bepaalde aspecten wil toevoegen of juist wil weglaten. Bij de patronen die ik deze keer koos, wist ik bij de broek bijvoorbeeld al dat ik de ritsjes in de pijpen wilde weglaten en dat ik ook liever geen zakken wilde maken. Bij de top besloot ik dat ik het split in de mouwen zou weglaten, omdat ik vermoedde dat ik de top vaker zou dragen als de mouw gewoon dicht zou zijn.
Daarnaast merk ik in het maakproces dat bepaalde keuzes ook gewoon gaandeweg ontstaan of dat ideeën tussentijds veranderen. Want soms ben ik in de ‘less is more-bui’ en kies ik voor eenvoud; soms ga ik juist helemaal los en voeg ik allerlei details toe die in me opkomen. Zoals je al kon lezen, was ik dit keer in de ‘less is more-mood’. Alhoewel, straks zul je ook lezen dat ik er uiteindelijk wel een extra top bij maakte.
Na het kiezen van de patronen vroeg ik aan Judith van Van Gool Stoffen om met me mee te denken over de stofkeuzes. Ik gaf aan welke ideeën ik ongeveer in mijn hoofd had en Judith zocht in haar prachtige winkel naar opties. De stof voor de broek hadden we al gauw gevonden; we gingen voor een crushed velvet, een stof met een geweldige structuur en een beetje rek, in een prachtige warm oranje kleur. En toen ging Judith letterlijk los met het geven van opties voor de top. Ze had minstens acht prachtige stoffen gevonden, die allemaal op hun eigen manier mooi zouden passen op de broek. Ik ging na lang twijfelen overstag voor een mooie katoen met blauwpaarse basiskleur en een print van oranjerode abstracte vormen. Toen ik de stof thuis kreeg en bekeek, was ik meteen verliefd op de combinatie van kleuren en structuren. Ik had helemaal zin om eraan te beginnen, niet in het minst omdat ik deze outfit zou gaan naaien op een gezellig naaiweekend in Zeeland met de liefste vriendinnetjes die je maar kunt bedenken!
Creatief naaiweekend: passie, vriendschap en snel resultaat!
Eventjes tussendoor, een naaiweekend: hebben jullie dat wel eens gedaan? Een weekend of midweek lang alleen maar met je hobby bezig zijn? Met mensen die dezelfde passie hebben voor kleding maken als jij zelf en van wie je ook nog eens superveel kunt leren, omdat iedereen wel eigen technieken heeft en handigheidjes kent? En dan ook nog in een mooie omgeving, zodat je, als je wilt, ook een heerlijke wandeling kunt maken? Ik vind het écht een aanrader als je er even helemaal uit wil en een paar dagen achter elkaar bezig wil zijn met wat je het liefste doet.
Ik begon met de broek omdat ik wist dat die gauw klaar zou zijn, want met de keuzes die ik had gemaakt was het echt een eenvoudig model geworden. Dus na een uurtje of drie stikken, locken, kletsen met vriendinnen, tunneltjes stikken, hapje eten, elastiek doorhalen… pompidom… was de broek klaar! En hij paste! Joepie!
Ha, Joepie?! Dat had ik gedacht, maar helaas! Ik trok de broek aan, bekeek mezelf in de spiegel, draaide een rondje, nog een rondje… en ik dacht: ‘Hm. Oh jee! Nee, dit is het niet, dit vind ik Helemaal Niks!’
Ik kreeg het warm van teleurstelling, draaide nog een paar hoopvolle rondjes voor de spiegel, liep met de broek aan de kamer binnen waar de anderen aan het naaien waren. Zeven verwachtingsvolle blikken vanaf hun naaimachines in mijn richting… en toen bleef het stil, heel stil. Meer dan een voorzichtig ‘Het is wel een mooie stof’ en ‘Tja, de pasvorm is wel echt goed’ kwam er niet uit.
Autsj, hahaha. Het was duidelijk een tegenvaller en als je dat ervaart – misschien ken je dat – dan vind je ineens Helemaal Niks Meer Leuk. Ik keek bijvoorbeeld naar de stof voor de top die ik erbij zou maken en dacht: oh nee, hoe kan dit ooit een leuke outfit worden! Hoe hebben we dit bij elkaar uit kunnen zoeken. ‘T is een fiasco! Ik zag het écht niet meer zitten.
Maar het leuke van zo’n groep vriendinnen bij elkaar, die ook allemaal weleens zo’n momentje hebben gehad, is dat al snel de ideeën loskwamen. ‘Wat nu als je nu, Zou het niet tof zijn als je, Als je deze broek nu combineert met, Misschien als je dit weglaat en vervangt door…’. De gezamenlijke denktank was los en de ideeën rolden eruit! En tussen het geraas in mijn eigen hoofd en al die ideeën van mijn lieve vriendinnen door, ontstond er ook weer goede moed!
Ik besloot de broek even te laten voor wat het was en verder te gaan met de top. Ook die zat eigenlijk heel gauw in elkaar: klein beetje mopperen op de blinde rits, biais voor de halslijn netjes strijken, spelden en aanstikken en de mouw erin. De lengte bepalen, daar haalde ik maar liefst 11 cm van af, zomen en…klaar! Ik trok de top aan en… (tromgeroffel) ik was meteen helemaal happy. Fjieuw, dat was tenminste een succes! Het kwam al niet meer bij me op om de broek en de top samen aan te trekken zoals eigenlijk de bedoeling was geweest, want dat idee had ik na mijn teleurstelling over de broek helemaal uit mijn hoofd verbannen.
Van experiment tot stijlvolle veranderingen
Na het naaiweekend heeft de broek thuis eerst nog vijf dagen in een strafhoekje gelegen. Maar inmiddels wist ik wél hoe ik het wilde aanpakken. Ik haalde op advies van mijn vriendinnen het elastiek uit de zoom van de broek en maakte er een gewone zoom in, zodat de broek wijd over mijn schoen zou vallen. Én ik begon met een restje van de oranje stof aan een extra top, die ik op de broek zou willen dragen. Ik had nog nét genoeg stof voor een kort shirtje. Voor dat shirtje maakte ik gebruik van het patroon uit de Knipmode Fashionbox. Ik maakte het wat korter, stikte er een brede zoom in, en haalde daar net zo breed elastiek door als in de tailleband van de broek.
Toen ging ik wat combinaties maken met beide kledingstukken (broek 18 en top 4). Ik trok de broek met de inmiddels aangepaste zoom aan, met het shirtje dat ik er in de zelfde stof bij had gemaakt en hoppa, dat was al een heel ander gezicht!
Hier werd ik wel vrolijk van! Daarna combineerde ik de broek met een wit shirtje en mooie sneakers, en een leuk sandaaltje en ook dat stond goed. De top met de abstracte print trok ik aan op een mooie blauwe jeans en ook daar werd ik blij van. Toen trok ik de top aan op een knalroze broek die ik eerder al eens maakte uit Knipmode en dat stond eigenlijk óók best heel leuk. Vervolgens dacht ik: zal ik toch eens kijken hoe het originele idee er eigenlijk uit zou hebben gezien?
Ik durfde het bijna niet te proberen, want in mijn hoofd had het zich vastgezet dat dat een totale mislukking was. Met de sceptische gedachte ‘nou, dit wordt niks’ trok ik de outfit volgens het originele plan aan en… oh, huh? Dat viel eigenlijk best mee! Veel leuker dan ik had gedacht. Hoe had ik dat in mijn hoofd zo weten te draaien dat het een vreselijke combinatie zou zijn?
Nu ik dit opschrijf moet ik weer om mezelf grinniken. Ik denk overigens nog steeds dat de volledig oranje outfit én de outfit waar ik top 4 op een blauwe jeans draag mijn favoriete looks zijn. Maar smaken verschillen. Ik ben benieuwd hoe jullie ernaar kijken!
Wil je meer zien van mijn creaties? Je vindt me op Instagram op @ama_lianne_sewing