Voor elk figuur een mooi patroon
Met kleding benadruk je je figuur, of leg je juist andere accenten. Soms wil je aspecten verhullen om andere delen van je figuur mooier uit te laten komen. Door deelnaden, details, halslijnen, maar ook door stofkeuzes kun je heel verschillende effecten bereiken. In Knipmode plaatsen we daarom figuuricoontjes bij veel van onze patronen. Deze symboliseren de meest voorkomende figuurvormen van vrouwen. Appel, peer, zuil/pilaar, ijshoorn, zandloper. Staat ‘jouw icoontje’ bij een patroon dan is dit model een echte aanrader voor jou. Hieronder vind je bovendien een aantal tips bij de figuurtypen.
Figuurtype appel
Een rond figuurtype met vaak een gemiddelde borstomvang, de buik is groter dan borsten, redelijk plat achterwerk, prima benen.
Beter niet doen
Hooggesloten rechte uni jurken dragen. Te ruime verhullende kleding dragen van stugge stoffen.
Wel doen
*Jurken of tops dragen met een mooie wijde halslijn of met een fraai decolleté, want hiermee haal je aandacht weg bij de buik.
*Zit bij jou het slankste deel van je bovenlijf vlak onder je borsten? Kies dan voor een verhoogd tailleaccent, zoals een jurk of top met een anders gekleurde band of bies onder de borsten.
*Tops met een draperiedetail, extra plooitjes of een dessin, leiden de aandacht weg bij de buik. Net als pofmouwtjes of een ander mouwdetail, dat maakt de schouders wat breder en dat geeft optisch meer balans.
*Een licht getailleerde jurk kan een goede optie zijn, omdat die je lijf voor het oog meer vorm geeft. Heb je een patroon met zijpandjes? Kies daar dan ook eens een donkerder tint voor.
*Zoek een broek met een mooie snit, geen plooien of andere details voor op de buik. Eventueel met rits in de zijnaad of de rits achter. Ook iets uitlopende pijpen doen het goed voor je figuur.
Figuurtype peer
Van boven smal, met brede heupen en stevige benen. Vaak ook kleine borsten, een lange taille en een platte buik.
Beter niet doen
Een getailleerde jurk dragen. Daarmee krijg je bredere schouders en daarmee krijgen ook de bredere heupen de aandacht. Ook vaak geen goed idee: strokenrokken en skinny broeken.
Wel doen
*Jurken dragen die slank van boven zijn, met een klokkende – of andere wijde – rok hebben. Zo benadruk je je slanke taille en bovenkant. En zie je er supervrouwelijk uit.
*Of kies een A-lijn rok, slank om je taille, met een uitlopende rok.
*Draag broeken met rechte of uitlopende pijpen, van een mooi vallende stof, niet al te dun/soepel.
*Draag er tops bij die je schouders iets breder laten lijken. Met een klein pofmouwtje of vlindermouwtje want dat zorgt voor meer balans tussen de relatief smalle schouders en de brede heupen. Kies sowieso tops die de aandacht trekken; met een diepe V-hals, van vloeiende stoffen.
TIP Met lange rechte laarzen met een hak(je) van een paar centimeter laat je je benen langer lijken. Draag je graag pumps, vermijd dan een enkelbandje want daarmee lijken de benen weer korter.
Figuurtype pilaar
Een lang recht figuur; meestal een lange vrouw, schouders en heupen zijn in balans, normale boezem en weinig taille.
Beter niet doen
Wijdvallende/vormeloze kleding dragen.
Of outfits in één kleur dragen, dat benadrukt vooral je lengte en doet weinig voor je.
Wel doen
*Het rechte figuur probeer je optisch meer vorm te geven door bijvoorbeeld te kiezen voor een (wat hoger) tailleaccent.
*Of door te werken met verschillende tinten in een kledingcombinatie; hiermee kun je je lichaam ‘onderverdelen’ in vlakken. Zo zal een opvallende of lichtere tint bovenkant je bovenlijf benadrukken en meer vorm geven. Met daarbij bijvoorbeeld een donkergekleurde broek waarmee je de lange slanke benen benadrukt.
*Ook een A-lijn rok brengt de aandacht naar de taille voor een mooi vrouwelijk effect.
TIP Een lange ketting met fikse hanger doet het goed; het sterke verticale karakter van je lichaam zal minder opvallend zijn door deze aandachttrekker.
Figuurtype ijshoorntje/omgekeerde driehoek
Met brede schouders, kleine borsten, geen taille, smalle heupen en smalle benen.
Beter niet doen
Verhullende kleding dragen. Of een jurk met smalle schouderbandjes want die laten je schouders extra breed lijken.
Wel doen
*Modellen met een V-hals en deelnaden halen de aandacht weg bij de brede schouders.
*Kleding met een subtiele taillering – niet te slank getailleerd -geven jouw lijf meer vorm. Benadruk de taille met een brede tailleband/bies.
*Voor jurken, tops, jasjes zoek je beter asymmetrisch vormen, of een bijzondere belijningen met een plooi- of rimpeldetail, dat kan zijn bij de V-hals, of aan één kant van de taille. Dat geeft je lijf optisch meer vorm, en leidt af van de brede schouders.
*Een extra laagje, een vest of top met overslagvorm, en/of een wat grotere kraag brengt meer in balans. Door het model en doordat je het lijf in ‘vlakken’ verdeelt
*Zachte vrouwelijke stoffen geven meer vrouwelijkheid.
*Slanke broeken en skinny jeans staan je goed!
Figuurtype zandloper
Een goed geproportioneerd figuur, schouders en heupen zijn mooi in verhouding, een duidelijke taille, ronde lichaamslijnen, ook als je steviger wordt blijft je lijf in verhouding. Vaak een vrij korte taille.
Beter niet doen
Kleding met te veel opsmuk dragen, of brede riemen.
Wel doen
*Kleding dragen van vloeiende soepele stoffen. Zo volgt de kleding de goed geproportioneerde lichaamslijnen voor een vrouwelijk resultaat. Jurken die je taille lijken te verlengen. Sowieso hebben verticale lijnen zoals deelnaden in patronen, een slankmakend effect.
*En benadruk je (relatief) slanke taille met een ceintuur
*Voor tops en jurken: pofmouwtjes en korte kapmouwtje geven een goede balans in je silhouet. Driekwartmouwen staan vaak heel elegant.
*Voor licht getailleerde jassen geldt: grote opgestikte zakken of zakken met kleppen accentueren je smalle taille
*Veel kledingmodellen staan je goed, maar ga voor vrouwelijk om je figuur optimaal uit te laten komen
Met dank aan het boek: Trinny and Susannah’s, stijlgids voor ieder figuur