Fijn vakantie setje!

Korte broeken heb ik eigenlijk nauwelijks in mijn kast, op een paar sportbroekjes na. De short (12) in Knipmode juli kwam daarom als geroepen. De combinatie met de blouse (13) op de ene pagina – en met de top (7) met draaidetail op de andere pagina – sprak mij ook gelijk aan. Nu was het alleen nog een kwestie van stoffen uitzoeken bij mevrouw Jett. Mijn oog was eerder al gevallen op een mooie katoenen voile. Deze leek mij erg geschikt voor een luchtige zomerblouse. Om de drie kledingstukken te kunnen combineren ging ik voor bijpassende lila gabardine voor de short en een paarse ribbed jersey voor de top.

Verdraaid goed

Voor de paarse top met draaidetail heb ik de videotutorial erbij gepakt. Een heel duidelijk filmpje waardoor de ‘ingewikkelde draai’ bijna niet mis kan gaan. Ik heb wel een paar kleine aanpassingen aan de top gedaan. Ik heb patroondelen 3, onder-achterpand, aan elkaar geplakt en in één keer uit de stof geknipt. Daarnaast heb ik de top 10 cm verlengd. De armsgaten vielen voor mij erg wijd, dus heb ik die op de zijnaden 6 cm ingenomen.

De stof die ik voor deze top heb gebruikt is van Meet Milk, Derby Ribbed jersey in de kleur Purple night. Zelf vind ik de top bij mij het mooiste zitten met het detail aan de achterkant. Draag ik hem andersom, dan zijn de armsgaten aan de voorkant nog steeds wat te wijd.

Botanical Blue

En die heel fijne katoenen voile, daar wilde ik wel een blouse van hebben. De stof is van Kokka, Organic Lawn Botanical Blue. Ze heeft wel een andere breedte dan meestal gebruikelijk is, namelijk 1,10 m breed. Dat is dus wel iets om rekening mee te houden wat betreft de hoeveelheid stof die je bestelt. Het is een heerlijk luchtige, soepele stof en bij mevrouw Jett zijn er ook nog andere printjes van dit merk en deze kwaliteit te koop.

Voor de afwerking gebruikte ik corozo knoopjes van Mind the Maker. Corozo, ook wel ‘plantaardig ivoor’ genoemd, is een ecologisch verantwoord materiaal. De knopen worden gemaakt van de rijpe vruchten van de Corozopalm; er worden geen bomen voor gekapt en de vruchten zijn pas geschikt voor knopen als de rijpe vrucht op natuurlijke wijze uit de boom is gevallen. Leuk weetje toch?

Ik had het patroon overgenomen, de stof geknipt en daarna bedacht ik mij pas dat Engelse naden voor deze blouse wel mooi zouden zijn, maar ik had maar 1 cm naadwaarde aangeknipt. Bij een Engelse naad stik je de naden eerst met de goede kant van de stof naar buiten. Dan knip je de naden korter en strijk je ze open voor een scherpe vouw, en naai je de naad nogmaals met de goed kant van de stof naar binnen. De rafelrand van de stof zit op deze manier opgesloten in de naad. Normaal gesproken hou je hier vooraf rekening mee en knip je 1,5 cm naad aan. Doordat ik maar 1 cm naad had moest ik nu twee keer heel smal op de kant stikken; met de stof langs het voetje en de naald helemaal naar rechts verplaatst, is het gelukt.

Voor het openen van de knoopsgaten gebruikte ik een gereedschap uit de naaidoos van mijn oma: een knoopsgatenbeitel. Een handig hulpmiddel om je knoopsgaten, zonder ongelukjes, zoals het uitschieten met je tornmesje, te openen. Ik heb dus een redelijk antieke variant, maar ze zijn ook nog steeds te koop. Bij de knoopsgaten gebruikte ik daarbij voor het eerst rafelstop van Prym, wat een uitvinding is dat! Zo fijn dat de knoopsgaten nu mooi strak blijven zonder losse draadjes.

Ik gebruikte voor de blouse de mouw met omslag, van jumpsuit 10, in plaats van de mouw met mouwbies. Verder deed ik geen aanpassingen aan de blouse.

Short met rafelrandje

Zoals ik al eerder aangaf, heb ik weinig shorts in mijn kast, dus dit was een perfect project om mijn kast aan te vullen. Ik gebruikte een gabardine zonder stretch van Atelier Brunette in de kleur Divine Parma, oftewel lila. Het doorstikgaren (kleur grijs 40), de rits, siernietjes van Prym en inslag jeansknoop haalde ik bij Fournituren.nl. Mijn project liep wat vertraging op doordat één klosje doorstikgaren van 30 m net niet genoeg bleek te zijn en ik een tweede klosje moest halen. Maar dat was de enige ’tegenslag’.

Het naaien van de short gaf mij veel voldoening door de professionele look die je krijgt met alle dubbele stiksels en de siernietjes. De onderste siernietjes bij de zakingang en het geldzakje zette ik er al in voordat ik de tailleband eraan naaide. Zo kon ik er met mijn Prym variotang beter bij. Met deze tang maak je eerst een gaatje op de goede plek, dan wissel je de opzetstukjes – die vind je bij de siernietjes in het doosje – en vervolgens knijp je de siernietjes goed vast. Ik zag dat er nu ook net een nieuw gereedschap voor bestaat: een Vario Creative Tool, misschien dat ik die in de toekomst ook maar eens ga uitproberen.

De enige aanpassing die ik aan de short deed: ik verlengde de pijpjes met 3 cm en twijfelde nog tussen de omgeslagen pijp of de rafelrandjes. Op advies van mijn 11-jarige dochter heb ik voor de rafelrandjes gekozen en ik moet zeggen dat ik het resultaat erg leuk vind. De rafels realiseer je makkelijk door een stompe naald te gebruiken en de inslagdraden (horizontale draden) naar beneden te schuiven. Wel handig om vooraf een stiksel erin te naaien om het verder uitrafelen te stoppen.

Voor de voeringzakken gebruikte ik trouwens nog een reststuk van mijn blouse, dit ziet verder niemand, maar ik vond het toch een leuk detail.

Over de pasvorm van de voorkant van de broek ben ik net niet helemaal tevreden. Daar had ik misschien nog wat kunnen aanpassen in de kruislengte. Of misschien had ik toch een rekbare jeans-achtige stof moeten gebruiken en hem daardoor een maatje kleiner kunnen maken. Maar de achterkant zit mooi aangesloten en de short is prima draagbaar zo; hij zit lekker en gaat zeker mee op vakantie…

Tot de volgende blog!

Liefs Suzan