Portemonneetjes haken
Zin in een creatief intermezzo? Deze kleine portemonnee’s of tasjes haak je makkelijk uit restjes wol of katoen. Een leuk klusje met je kind!
Dit heb je nodig:
3 kleuren wol of katoen, haaknaald 3,5 mm, stopnaald, een knoopje
Handig om te weten:
Bij dit patroon laat je de draad hangen en neem je deze langs de zijkant steeds mee. Dit scheelt veel afhechtwerk. De draad van beide kleuren hangt steeds aan dezelfde kant.
Je gebruikt een ‘keerlosse’, deze tel je niet mee als steek, maar haak je alleen om hoogte te maken.
TIP De kleur waar je mee begint te haken is niet de kleur van de flap, houd daar vooraf rekening mee!
Zo haak je het tasje:
Zet een ketting van 18 lossen op.
1 Haak in de 2e losse vanaf de naald 1 vaste en dan 16 vasten. Totaal 17 vasten.
2 Keer je werk, haak 1 keerlosse, haak in elke vaste van de vorige toer 1 vaste, hecht bij de laatste draaddoorhaling van de laatste vaste de nieuwe draad aan en laat de oude draad langs de zijkant hangen. Trek goed aan.
3 Keer je werk, haak 1 keerlosse, 1 vaste en dan 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 (in de 2e losse) tussen vaste 1 en 2, zie foto 1, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 (in de 4e losse) tussen vaste 3 en 4, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 5 en 6, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 7 en 8, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 9 en 10, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 11 en 12, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 13 en 14, 1 vaste, 1 lange vaste die je insteekt in toer 1 tussen vaste 15 en 16, 1 vaste.
4 Herhaal toer 2.
5 Herhaal toer 3, steek de lange vaste nu 2 toeren (dus toer 3) terug in. De laatste steek is een vaste.
6-40 Haak tot en met toer 40, met een herhaling van toer 2 en 3. In de herhaling van toer 3, steek de lange vaste steeds 2 toeren terug in.
Flap:
41 Keer je werk, haak verder met dezelfde kleur. Je gaat nu de flap maken door steeds te minderen. Dit doe je als volgt: haak 1 keerlosse, 1 vaste overslaan, haak dan 16 vasten.
42 Keer je werk, haak 1 keerlosse, 1 vaste overslaan, haak dan 15 vasten.
43-48 Zo ga je verder met de mindering van 1 vaste, totdat je nog maar 9 vasten overhoudt. Knip nu de draden af en hecht ze af.
Aan elkaar naaien:
Leg de verkeerde kant boven en naai de zijkanten aan elkaar. Let hierbij op dat je de draadjes die waren blijven zitten aan de zijkanten mee naait, zodat ze aan de goede kant niet meer zichtbaar zijn. Steek ook niet te ver in, want dan krijg je een dikke rand. Naai alleen de eerste draadjes aan elkaar vast.
Keer het envelopje om en haak met een contrastkleur een randje langs de flap.
Randje:
Haak in de flap in elke vaste 1 vaste, ook langs de zijkant. Totaal 3x 9 vasten, 27 vasten.
Lintje:
Haak een ketting van 50 lossen en werk aan het uiteinde het draadje weg in de ketting.
Bevestiging hem aan de envelop en aan de flap en je cadeau-envelop is klaar. Naai eventueel een knoopje aan de envelop en strik het lintje eromheen.
Dit patroontje komt uit het boek Haken met Studio Hip en Stip van Annemarie Huijser. ISBN: 9789043919852 | Kosmos Uitgevers